Bij deze Schotse Hooglander krijg ik meteen een stevig en traag gevoel door.
Het is even zoeken hoe het gesprek met hem aan te gaan.
Ik vraag wat hij zoal doet de hele dag.
‘Ik sjok rond. Eet en slaap.’
Weer het trage, lome. Ik benoem het maar naar hem.
‘Ik heb geen haast.’
‘Word je niet opgejaagd?’
‘Neuh, ik bekijk alles eerst.’ Met andere woorden: hem maak je niet gek en hij zal niet zomaar wegschieten.
‘Wat doe je als het regent?’ Ik moet toch ergens over praten.
‘Kop naar beneden en wachten tot het over is.’
Ik krijg klaver door en vraag me af of hij daarvan houdt. Krijg er geen duidelijk antwoord op.
‘Ik kan heel diep zuchten,’ zegt hij uit zichzelf.
‘Maak je wel eens plezier?’
‘Ik ben heel gelijkmatig gehumeurd. Geen onverwachte dingen.’
‘En mensen?’
‘Daar wind ik me niet zo over op.’
Ik ben naarstig op zoek naar een volgende vraag en kom bij zijn horens terecht. Ik ben benieuwd hoe dat voelt en vraag of dat kan.
Met een gebrom schikt hij inwendig een stukje op zodat ik erbij kan en tot mijn verbazing weet ik precies waar de puntige uiteinden zitten! Als een duidelijk voelbare, onzichtbare grens.
‘Die ruimte zit er nog bij mij,’ vertelt hij nu met meer enthousiasme. ‘Dat moet je erbij rekenen als je me ziet!’ Hij trekt een denkbeeldige cirkel rond zijn horens waardoor hij nog veel meer indruk maakt.
Ik vraag hem naar de haren voor zijn ogen en hij zegt dat het past bij zijn ‘smoothy’ gedrag (als ik het opzoek, bestaat het woord niet; maar smooth in deze zin betekent gelijk/effen/vlak/egaal).
‘Hoe helderder je iets ziet, hoe sneller je moet reageren,’ redeneert hij.
Op dat moment komt een van de kinderen binnen en vraagt nieuwsgierig wat de Schotse Hooglander van haar vindt.
Helaas is er weinig interesse van zijn kant. Als hij een huisdier was geweest, zou het beslist anders gelegen hebben.
Als we weer alleen zijn, hoor ik: ‘Ik vind kleintjes wel leuk, hoor. Ik ben een goede ouder. Voor ons is de kudde belangrijk.’
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten